Met Pasen 1969 kregen meerdere Vlamingen de kans Gerda Alexander te ontmoeten in het ‘sportkot’ Leuven. Meteen waren sommigen onder hen diep aangesproken en konden in december van datzelfde jaar deelnemen aan een aangeboden tweejarige vorming samen met een 30tal andere geïnteresseerden uit Wallonïe -Duitsland – Frankrijk – Zwitserland en werd ‘Le groupe international ‘ o.l.v. Gerda Alexander. Deze vormingsdagen gingen meestal in Frankrijk door.
Samen de eutonie ervaren -uitwisselen – bevragen – verdiepen – 4 x 8 dagen / jaar… en heel wat persoonlijke ontmoetingen waren bijzonder verrijkend o.m. met H. Scharing. Nadien kozen 4 Belgen waaronder een Vlaming om hun opleiding verder te zetten aan de Deense School in Kopenhagen en werden in 1973 gediplomeerd. Enkele andere Vlamingen kozen later voor de Scharing seminaries die zij in 1975 in Gernsbach (D) opstartte.
Een eerste eutonie-zomerweek in 1973 werd dan ook de start van een eutonie-aanbod in Vlaanderen. Vanuit verdere verdiepende contacten en nieuwe inzichten groeide een eigen specifieke eutonie benadering die, naast de noodzaak tot vertalen, ook de inhouden mee zou bepalen van de Vlaamse Eutonie School ‘ves’. zie meer theresewindels.org
De Eutonieves® verenigt in haar werkwijze verworvenheden van drie eutonierichtingen:
- de benadering van Gerda Alexander (Denemarken),
- de benadering van Hanne Lore Scharing Rythmus – Atem – Bewegung (Duitsland)
- de invloed van Dr. Glaser o.m. werkzaam in de Medauschule (Duitsland)
- Deze inspiratiebronnen vertalen zich o.a. in:
- √ Ervaren van moeiteloosheid en lichtheid van beweging (Gerda Alexander)
- √ zelfzorg voor de eigen lichaamshouding (‘posturale herordening’, (H. L. Scharing – RAB)
- √ de creatieve vormgeving van de eigen doorvoelde beweging (Gerda Alexander)
- √ aandacht voor nawerking en innerlijkheid tot op diepere lagen (H. L. Scharing – RAB)
- √ soepelheid onderhouden door middel van een houdings- en bewegingsreeks (Dr. Glaser).
∼ De Eutonieves integreert in haar werkwijze ook de wetmatigheden van de spierkettingen zoals die onderzocht en in kaart zijn gebracht door het ‘Instituut van de spierkettingen en technieken volgens Godelieve Denys-Struyf’ (ICTGDS Brussel).
√ Zo wordt bijv. in een beginfase door het liggen op de grond de antigravitatiespierketting PA (postero-anterior) uitgeschakeld. Spanningsescalaties worden hierdoor efficiënter afgebouwd.
√ In het verdere verloop wordt dan steeds ‘intentioneel’ gewerkt in de richting van de ‘vaste punten van de spierkettingen’.
Hierop steunend vormen de acht grondbeginselen van de eutonie de leidraad doorheen heel het didactische en persoonlijke diepteleerproces:
- Bewust aanraken = ‘wat ik aanraak, raakt ook mij’ (touching). De huid wordt, als omhulling en grens, gewekt in haar tweezijdige gevoeligheid: tastzin en zelfgevoel.
- Contact aangaan: de voortdurende wisselwerking tussen lichaam en omgeving wordt met aandacht beleefd. Deze eerste twee beginselen blijven steeds aan alle volgende voorafgaan
- Omgaan met weerstand (een nieuwe weg om met spanning en pijn om te gaan).
- Zich verlengen (de intentie van zich voelend uit te breiden naar en in de ruimte).
- Zich afduwen (tegen een weerstand, o.a. de grond) en transport bespelen.
- Zich eutoon bewegen.
- Zich van het eigen skelet bewust worden.
- Inwendige ruimte beleven.
- In dit proces krijgen vier aspecten alle prioriteit:
- Het grondcontact. Dit betekent een aandachtig gewaarworden van een permanent draag- en steunvlak. Omdat de mens onderhevig is aan de zwaartekracht, is dit een constant gegeven in alle houdingen en handelingen.
- Het globaliteitsgevoel. Dit is het eenheidsgevoel van het hele lichaam ontwikkelen in zijn samenhang en gelaagdheid van huid tot bot.
- Het leren afvoeren van lokale spanning én dus ook van pijn, hetgeen een nieuw licht werpt op eigen comfort en zelfzorg.
- Het transportfenomeen. Dit is ontdekken hoe afduwkracht zich vanuit de voeten doorheen het skelet kruinwaarts transporteert en de basis wordt voor moeiteloze oprichting en economisch krachtgebruik.